A-spant0000.0011

 

 Literatuur

 

- Stenvert, Ronald & Gabri van Tussenbroek & Karel Emmens & Ronald Glaudemans & Jan van der Hoeve & Koos Steehouwer, Inleiding in de bouwhistorie. Opmeten en onderzoeken van oude gebouwen. Utrecht (Matrijs, in samenwerking met de Stichting Bouwhistorie Nederland), 2007. [216 blz. ISBN 978.90.5345.316.2]. Hierin "A-spant": blz. 167

- Vries, Dirk J. de, "Kapconstructies uit de 18de eeuw: stilstand of vernieuwing?". In: Bulletin KNOB [ISSN: 0166.0470], 2008 [jrg 107, nr 5 & 6], blz. 224-232. Hierin o.a.: blz. 225-227  (blz. 225: "Uit de toelichting van Jacob Poley [1770] blijkt, dat niet langer de stijlen, korbelen en de horizontale balk als gebint gezien worden, maar het A-vormige spant met doorgaande kapstijlen en de trekbalk (hier: 'hanebalk' genoemd). Tenslotte valt op dat de spanten niet langer individueel van windschoren zijn voorzien maar alleen het middelste exemplaar dubbele, lange windlatten, 'jagtschoren' heeft". De getoonde gordingenkap is een zware uitvoering voor een leiendak, met een middenstijl. Bij deze kap horen kreupele stijlen, behalve wanneer de borstwering ontbreekt. Een kap met gestapelde 'binten' (jukken) noemt hij een 'gebroken kap' omdat er geen ononderbroken spantbenen zijn (al is het dakschild niet 'gebroken' in de gebruikelijke betekenis). Blz. 226 toont een eenvoudig voorbeeld door Adrianus Erzey (1777) van 'het regte spant'.).